Fodmaparm recept: Currystoofpot

De kruidenmengelingen voor kerrie of curry bevatten meestal uipoeder en/of look.

Dit recept bevat de basiskruiden om een lekker fodmaparme currystoofpot op tafel te toveren. Ook kan je de mengeling maken van de droge kruiden en deze bewaren om nog vaker van dit eenpansgerecht, of de variatie ervan, te genieten.

 

Basisrecept Fodmaparme Currystoofpot

voor 2 volwassenen

Je bakt de 6 groene delen van lente-ui en 1 eetlepel lookolie (optioneel 2-3 tomaten) kortstondig met 1 eetlepel olijfolie of ghee. Hieraan voeg je 250g gestoomde of gegrilde kip, magere biefstuk, vis of tofu toe. Het kan ook perfect een smakelijke curry met enkel fodmaparme groenten (zie fodmaparme dieetlijst) zijn. Het is het proberen waard. Voeg water toe zodat alles net ondergedompeld staat.

Je hebt nu een basis om de saus te gaan kruiden. Dit is wat een curry een curry maakt en je moet wat handigheid krijgen in de juiste hoeveelheden van ieder kruid.

Begin met een royale hoeveelheid geelwortel (curcuma, verse 1-1.5 cm² of poeder ongeveer 1-1.5 eetlepels). Dit is de basis van de saus dus van alle kruiden doe je hier het meeste van in.

Je saus moet verder in ieder geval royale hoeveelheden (maar niet zoveel als de geelwortel) van de volgende drie kruiden bevatten: gember, koriander, komijn (van alle drie 1 eetlepels). Je kunt kiezen voor verse gember (fijngestampte blokjes in een vijzel) of gemberpoeder (of een combinatie van die twee), komijnpoeder of komijnzaadjes (of een combinatie van beiden, maar altijd meer poeder dan zaadjes) en korianderpoeder of korianderbolletjes (of een combinatie van beiden, maar altijd meer poeder dan bolletjes).

Verder voeg je de volgende kruiden in poedervorm toe: kardemon (1/8 tot kwart theelepel), kruidnagel (1/8 of kwart theelepel), kaneel (halve theelepel), paprikapoeder (optioneel, hoeft niet, halve theelepel), zwarte peper (1/2-1 theelepels), citroengras (halve theelepel), garam massala (optioneel, halve theelepel), kerrie (optioneel maar wel lekker, halve theelepel). Tip: karwijzaadjes (niet te veel) kan je ook toevoegen.

De kruidenpoeders zullen de saus indikken wanneer je gaat roeren, dus blijf voldoende water toevoegen om een dikkere saus te krijgen. Er mag niets op de bodem van de wok blijven plakken! Gebruik het hoogste vuur, het moet allemaal flink inkoken. Hoe langer de kruiden kans krijgen zich met elkaar te vermengen, hoe lekkerder het wordt. Hoe meer tijd je het geeft, hoe lekkerder het wordt. De ingrediënten gaan een mooie lekkere mix geven. Dit kan gerust ruim een uur duren. Hou in het oog dat je voldoende vocht blijft hebben.

Als je weet dat je darmen gevoelig reageren op pikante zaken, laat dan de pikante specerijen van deze volgende stap weg. Om de saus pittiger te maken kan je 1/2 of 1 gesneden verse rode peper (pitjes verwijderen!), afhankelijk van de pittigheid van de rode peper (liever met 1 proberen, om te beginnen!) ofwel cayennepoeder en/of chilipoeder toe te voegen. Zwarte peper en gember (zeker verse) maken de saus ook al wat heet. Best dat je de rode peper op het eind toevoegt.

Mocht de saus weer wat te veel indikken, deze keer geen water toevoegen want het is tijd voor de volgende stap. Gebruik je kipfilet best hou je de gelige kleur van de saus dan intact en hou de curry redelijk mild. Gebruik je rood vlees, dan voeg je een literfles rode passata (de gewone, zonder kruiden als basilicum en oregano). Dus geen tomatensaus met kip maar wel met rood vlees. Een curry met rood vlees mag ook best wat pittiger zijn, dus dan hoef je je op dat gebied niet zo in te houden. Verder voeg je 400ml cocosmelk toe of amandeldrink als vloeistof om je saus weer een saus te laten worden.

De curry kan nog zeker wel een half uur of langer doorkoken op hoog vuur (pan niet afdekken, blijven roeren en evt. water toevoegen!) dus je hebt nu tijd om volle, volkoren, wilde, rode, bruine,… (behalve witte) rijst te koken.

Voeg 250g verse groenten (zie fodmaparme seizoensgroenten per maand op de blog van deze website www.rroom.be/blog ) Vaste groenten lenen zich hiervoor. Ook kan je kiezen voor een deel van de groenten te vervangen door: prinsessenbonen en/of maximum 45g per persoon linzen uit blik toe, hou rekening met zeker 30 minuten kooktijd in de saus. Hou steeds water klaar om te voorkomen dat er zaken aan de bodem gaan plakken en je nog steeds een saus bekomt. De saus dikt vanzelf in dus het is niet nodig bloem of zetmeel toe te voegen. Als je voor een linzencurry gaat, dan hoef je geen rijst bij te koken. Kies je voor rijst, dan hoef je geen linzen toe te voegen.

Is de curry te sterk gekruid, kan je er magere lactosevrije yoghurt aan toevoegen om het wat milder te maken.

De juiste verhouding tussen zout en zuur krijg je door een snuif zout toe te voegen en het sap van een halve citroen. Is de curry mild, dan is vaak minder dan een halve citroen al voldoende. Is deze pittig, gebruik dan een halve citroen. Laat het een en ander een paar minuutjes inwerken en proef dan of je de juiste balans hebt tussen zoet, pittig, zuur en zout.

Zodra de rijst of de linzen klaar zijn (de linzen moeten tot een halve of hele moes gekookt zijn) kun je de saus uitzetten. Voeg dan nog vers gehakte koriander toe (zowel het blad als de steel). Dit is een smaakmaker die het best tot zijn recht komt als je deze rauw toevoegt aan het eind, meekoken zou zonde zijn. Je kunt de curry met linzen kant en klaar opdienen of zonder linzen met de rijst apart.

Dit recept neemt wat tijd in beslag.

Om sneller aan de slag te kunnen kan je een mengeling van de poederkruiden maken zodat je die steeds bij de hand hebt.

Korter koken maakt de saus minder dik en minder intens maar ze is ook zeer lekker.

Voorbereiding maakt alles! Je kan genieten van het snijden van de groenten en alles klaarzetten maakt dat je tijdens het sudderen van de saus wat tijd voor jezelf kan reserveren!

Als je na de maaltijd curry over hebt, kan je deze mixen tot een stevige maaltijdsoep.

 

 

— Laat het je smaken! —

Geef een reactie